Wie?
Centraal in deze blog staan drie generaties vrouwen, die van mijn grootmoeder Maria Hermans (1883-1966), die van mijn moeder Annie Gijzels (1916-2002) en die van mijzelf, Monica Smits (1960). Er zijn overeenkomsten, maar ook grote verschillen tussen ons. We hebben alle drie een eeuwwisseling meegemaakt, mijn oma van de negentiende naar de twintigste eeuw en mijn moeder en ik van twintigste naar de eenentwintigste eeuw. We zijn alle drie geboren in een katholiek gezin in Limburg. Maria en Annie zijn streek en geloof trouw gebleven, terwijl ik van beide afscheid heb genomen. Mijn grootmoeder werd volwassen tijdens de eerste feministische golf, mijn moeder tijdens de crisis van de jaren dertig jaren en ik tijdens de Koude Oorlog en de tweede feministische golf.
Wat?
Alweer een aantal jaren doe ik onderzoek naar mijn familie, in het bijzonder naar die van mijn moeders kant, de familie Hermans. Het begon ermee dat ik meer te weten wilde komen over het leven van mijn grootmoeder Maria, maar de zoektocht breidde zich gestaag uit naar haar voorouders en het gezin waar ze uit kwam. Deze blog geeft een inkijkje in haar leven en dat van andere ‘Hermansen’. In woord en beeld vertel ik het verhaal van mensen die woonden op het platteland en in provinciestadjes, van mannen en vrouwen die leefden van de landbouw en handel. Sommige mannen werkten zich maatschappelijk op, terwijl de vrouwen thuis en op school werd bijgebracht hoe ze goede echtgenotes, huisvrouwen en moeders moesten worden. Ik probeer me in te leven in het dagelijkse leven van de generaties voor ons, hun gezinsleven en gewoontes, de dingen die ze voor hun kiezen kregen en de keuzes die ze maakten.
Wanneer?
De ‘kleine geschiedenis’ van de Hermansen en hun omgeving vormt het uitgangspunt, maar alles wat zij meemaakten is onderdeel van de ‘grote geschiedenis’ van de negentiende en twintigste eeuw. De Napoleontische oorlogen, de Eerste en de Tweede Wereldoorlog, tijden van vrede en welvaart en tijden van crisis drongen allemaal door tot in de huiskamers van de familie Hermans. De familie bewoog mee met economische en maatschappelijke veranderingen of hield vast aan het oude.
Waar?
De familie Hermans is geen geslacht dat van generatie op generatie op dezelfde plek woonde. De wortels van Maria Hermans liggen ten zuiden van de grote rivieren in Limburg en de Belgische Kempen. Limburg, zoals we de provincie nu kennen, was in de negentiende eeuw deels Duits, later sloot het zich aan bij België, om pas in 1839 deel uit te gaan maken van het koninkrijk Nederland. De grootvader van Maria, Joannes Baptist Hermans werd in 1815 in Blerick geboren, dat toen net nog Duits grondgebied was. Toen hij achttien was moest hij in het Belgische leger. En in 1848 vestigde hij zich in Maasbracht, waar hij trouwde met de boerendochter Sibilla Ruijten. Maria’s vader, Antoon Hermans, de derde zoon uit het gezin Hermans-Ruijten, bleef in Maasbracht wonen, ook na zijn huwelijk met Maria Elisabeth van den Eijnden, die uit Herenthout in de buurt van Turnhout (België) kwam.
Maria was de oudste dochter van Antoon en Maria Elisabeth, zij werd geboren in Maasbracht. Toen ze tien was ging ze op kostschool in Echt en van 1898 tot 1900 zat ze op Paridaens in Leuven. Ze verhuisde naar Sittard toen ze, 23 jaar oud, trouwde met Adriaan Gijzels (geboren in het Noord-Brabantse Elshout) Hij was burgemeester in die stad. De rest van haar leven bleef ze in Sittard wonen.
Waarom?
Maria Hermans is de enige grootouder die ik gekend heb en dan ook nog maar heel kort. Eigenlijk kun je niet van kennen spreken. Nooit heb ik haar iets kunnen vragen over haar jeugd en haar leven, omdat door een hersenbloeding haar spraak weg was. Ik was nog geen zes toen ze overleed. Hoe jong ik ook was, ik heb haar wel gezien en meegemaakt en ze heeft een onuitwisbare indruk achtergelaten. Zo sterk dat ik is het tijd vond om alle puzzelstukjes bij elkaar te leggen en haar verhaal in mijn woorden te vertellen.
“Ik kan me geen schrikbarender en ondraaglijker toestand voorstellen dan dat mijn geest nog leeft en diepbedroefd is, zonder in staat te zijn zich te uiten.”
Michel de Montaigne, Essays, Boek II, 6: Over het oefenen.
Hoe?
De website en blog zijn continue in ontwikkeling. Sinds 2016 ben ik bezig met het verzamelen van informatie en aan het schrijven.
De stukken die ik plaats zijn willekeurig, niet in chronologische volgorde of over één persoon of generatie. Voor het overzicht is de stamboom handig, daarin kun je de mensen terugvinden die een rol spelen in de verhalen en zien wanneer ze leefden. Aan een bronnenlijst wordt gewerkt, die kun je binnenkort vinden onder het kopje bronnen. Heb je aanvullingen, tips of vragen plaats dan een bericht onder de tekst of neem contact op via het contactformulier.
Monica Smits